Thema: Kastelen en Paleizen van de Oranjes
In dit deel: Het Paleis op de Dam
Het Koninklijk Paleis op de Dam is een paleis op de Dam in de binnenstad van Amsterdam. Het werd gebouwd tussen 1648 en 1665 als stadhuis, en is ontworpen door architect Jacob van Campen.
Van Campen liet zich inspireren door de Romeinse bestuurlijke paleizen. Voor de machtige burgemeesters van Amsterdam, die zich de consuls van een nieuw Rome waanden, werd een nieuw Capitool gebouwd. Het stadhuis van Jacob van Campen is Nederlands belangrijkste historische en culturele monument van de Gouden Eeuw. De zilveren troffel, die in 1648 bij het leggen van de eerste steen werd gebruikt, wordt tentoongesteld in het Rijksmuseum. De burgemeesters hadden nog een andere reden om een nieuw stadhuis te laten bouwen. In 1648 werd de Vrede van Munster getekend en dit betekende het einde van de 80 jarige oorlog tussen Nederland en Spanje. Voor deze Vrede was het moeilijk om handel te drijven, omdat oorlog veel tijd en geld in beslag nam. Na het sluiten van de Vrede kon Amsterdam weer geld gaan verdienen met de handel. De burgers vierden dagenlang feest en het nieuwe stadhuis werd een herinnering aan de Vrede die weer voor goede tijden ging zorgen. In het stadhuis werkten burgemeesters, rechters, secretarissen en de vroedschapraad. En naast een werkplek was het ook een ontmoetingsplaats voor de Burgers van Amsterdam. Vroeger had Amsterdam niet één maar vier burgemeesters. Deze machtige bazen van de stad vergaderden wekelijks in het burgemeestersvertrek.
In 1795 kwamen de Fransen ons land binnenvallen onder leiding van Keizer Napoleon.De broer van Napoleon, Lodewijk werd onze nieuwe Koning. Deze koning ging op zoek in Amsterdam naar een woning. Hij zag het stadhuis en wilde er een paleis van maken en zijn wil was wet. De Amsterdammers moesten eruit en de Koning veranderde hun kantoren voor Koninklijke slaapkamers en eet- en balzalen.
De galerijen werden door houten wanden in vertrekken verdeeld. Aan de voorzijde werd een balkon aangebracht. Beeldhouwwerken die stoorden werden achter doeken verborgen. Uit deze periode stammen ook de fraaie empire meubelen die in het paleis te zien zijn. Dit is de grootste collectie van deze meubelen buiten Frankrijk. In 1810, toen Nederland werd ingelijfd bij Frankrijk, werd het zelfs tijdelijk een Keizerlijk Paleis. In deze Franse tijd werd het balkon aan de Damzijde aangebracht. Het was trouwens koning Lodewijk Napoleon die in dit gebouw een Koninklijk Museum creëerde, dat de basis vormde voor het latere Rijksmuseum.
In 1813 werd het door Koning Willem I als stadhuis even teruggegeven aan Amsterdam. Het stadsbestuur zag echter op tegen weer een verhuizing en de onderhoudskosten van het gebouw, maar wilde bovendien graag de Vorst aan de stad binden. Het stadsbestuur liet de zaak op zijn beloop en zo is sinds 1815, na de Slag bij Waterloo en het Congres van Wenen het paleis op de Dam in Amsterdam het Koninklijk Paleis van het Nederlandse koningshuis.
In de 20e eeuw werd het gebouw meermalen gerestaureerd. De verbouwingen van Lodewijk Napoleon werden, voor zover het de onderverdeling van de galerijen betrof, ongedaan gemaakt, en het werd in zijn oorspronkelijke staat teruggebracht. Sinds de restauratie in 1960 is het gebouw beperkt opengesteld voor het publiek. Vanaf september 2005 was het paleis gesloten voor het publiek voor weer een restauratie van het interieur, die tot juni 2009 duurde. Daarbij werd asbest verwijderd dat bij de vorige restauratie is aangebracht. Ook werden de technische installaties vervangen, waarbij (heel omstreden) een deel van een keizerlijke trap, een helende aanvulling (in beton met marmer bekleed) van de restauratie uit de jaren 1930-'60, moest sneuvelen. Bij de opening op 13 juni 2009 vertelde burgemeester Cohen dat de trap echter al een eeuw geleden zou zijn verdwenen. De slaapkamers voor het personeel tijdens staatsbezoeken werden gemoderniseerd en de interieurs van de gastenverblijven op de tweede verdieping werden weer opgeknapt. Dit laatste ten behoeve van de Koninklijke gasten, die incidenteel in het gebouw verblijven. De kosten van deze restauratie waren begroot op 67 miljoen euro. Het paleis werd op 13 juni 2009 heropend door Koningin Beatrix. Het gebouw is nu ook weer voor het publiek te bezoeken.
En na de officiële opening kan vanaf nu het Paleis ook weer gebruikt worden bij onder meer staatsbezoeken, voor de Nieuwjaarsrecepties van de Koningin en voor andere officiële ontvangsten. De uitreiking van de Erasmusprijs, de Zilveren Anjer, de Koninklijke Prijs voor de Vrije Schilderkunst.Op de momenten dat de Koningin en de leden van het Koninklijk Huis geen gebruik maken van het Paleis, wordt het gebouw door de Stichting Koninklijk Paleis Amsterdam opengesteld voor het publiek. In de zomermaanden vindt er traditiegetrouw een tentoonstelling plaats die een historisch of kunsthistorisch aspect van het gebouw belicht. Na de jaarlijkse uitreiking van de Koninklijke Prijs voor Vrije Schilderkunst in oktober zijn de geselecteerde kunstwerken voor het publiek te bezichtigen. Vele mooie historische gebeurtenissen vonden plaats in het Paleis en op het balkon.. de troonsafstand van verschillende Koningen, Koninginnen.. , en niet te vergeten: het ‘toetje’ van de huwelijksdag van Willem-Alexander en Máxima..
(Met dank aan Anja, Wikipedia, Stichting Koninklijk Paleis Amsterdam , Foto's: Stichting Koninklijk Paleis Amsterdam, RVD)
Bekijk uit dit thema ook:
Het Kasteel van Breda - Schloss Laurenburg en Kasteel Dillenburg