De Oranjes: Thema: De vrouwelijke echtgenotes van de Oranjes
Posts tonen met het label Thema: De vrouwelijke echtgenotes van de Oranjes. Alle posts tonen
Posts tonen met het label Thema: De vrouwelijke echtgenotes van de Oranjes. Alle posts tonen

zondag 9 maart 2008

Emma van Waldeck Pyrmont

Deel 6 thema : 'Vrouwelijke echtgenotes van de Oranjes'


Adelheid Emma Wilhelmina Theresia, Prinses van Waldeck-Pyrmont *02-08-1858 +20-03-1934 is een dochter van George Victor, vorst van Waldeck-Pyrmont (1831-1893) en Helene, Prinses van Nassau (1831-1888) Zij trouwde 27 september 1853. Helena is een dochter van Willem van Nassau. Haar grootmoeder, Emma van Anhalt-Bernburg-Schaumburg-Hoym , naar wie ze was vernoemd, was kleindochter van prinses Carolina van Oranje-Nassau en zij was de dochter van stadhouder Willem IV. Emma stamde dus rechtstreeks af van het Huis Oranje-Nassau.


George Victor en Helena kregen 7 kinderen:


1) Sophie *27-07-1854 + 1869 Zij is overleden aan TBC. Dit heeft grote impact gehad op haar zuster Emma, die zich -na haar optreden als regentes in Nederland- erg inzette voor TBC bestrijding.

2) Pauline *19-10-1855 + 1881, getrouwd met Alexis zu Bentheim und Steinfurst.

3) Maria *23-05-1857 +30-04-1882, getrouwd met Willem II van Wurtemberg

4) Emma 1858-1934 getrouwd met Koning Willem III der Nederlanden

5) Helena *17-02-1861 + 01-09-1922 getrouwd met Leopold, Hertog van Albany, jongste zoon van Koningin Victoria van Engeland

6) Frederik *20-01-1865 +26-05-1946, vorst van Waldeck-Pyrmont getrouwd in 1895 Bathildis van Schaumburg-Lippe

7) Elisabeth * 1873 + 1961, getrouwd met Alexander zu Erbach-Schonberg


Na de dood van vorstin Helena trouwde Vorst George Victor voor de 2e maal met Louise van Sleeuwijk-Holstein (1858-1936) en uit dit huwelijk werd Walraad (1902-1914) geboren. Haar “stiefmoeder” was dus even oud als Emma. De prinses kreeg van huis uit een gedegen, brede, christelijke opvoeding genoten. Ze was leergierig en sociaal bewogen. Haar Engelse gouvernante had haar goed op de hoogte gebracht van de arbeidsverhoudingen in die dagen.


 


2 augustus 1858 geboren op slot Arolsen een prinsesje dat bij de doop op 15 september 1858 de naam ontving van Emma. Uit vele landen komen er felicitaties n.a.v. de geboorte van prinses Emma. Ook uit Nederland: op 5 september 1858 schrijft Koning Willem III een brief aan de ouders van prinses Emma. Hij doet hen zijn “beste wensen voor het behoud en geluk van het zojuist geboren prinsesje” toekomen. Niemand kon op dat ogenblik vermoeden dat dezelfde koning 20 jaar later om de hand van de prinses zou vragen.


De prinses groeit op in Arolsen en de opvoeding was eenvoudig, mar temidden van een gezellig en gelukkig gezin. Jarenlang hadden de kinderen een Engelse gouvernante, die niet alleen de lessen verzorgde, maar ook sfeer rond het onderwijs schiep. De godsdienstlessen verzorgde hun moeder vorstin Helena. Ook zorgden de ouders ervoor dat hun kinderen ook buiten het vorstendommetje kon rondkijken en regelmatig werden er buitenlandse reizen ondernomen. De dood van haar zusje Sophie drukte een grote stempel op de jeugd van Emma. Sophie leed aan tbc, in die tijd volksziekte nummer één.


Deel6p4 Enige weken na de dood van koningin Sophia (3 juni 1877), de 1e vrouw van Koning Willem III gaf hij het voornemen te kennen te trouwen met een Franse operazangeres, Madame Leonora d’Ambre, die hij - zonder ministeriele toestemming - geadeld had tot 'comtesse d'Ambroise' en die hij, eerst in Rijswijk en later te Parijs, in weelde geïnstalleerd had. Het ministerie-Kappeijne protesteerde krachtig en prins Frederik, de 2e zoon van Koning Willem I bezwoer zijn neef de kroon neer te leggen.


De liefde voor Emma kwam toen de vorst ten huize van Waldeck-Pyrmont kennismaakte met Emma's drie jaar oudere zuster Pauline en zelfs serieus overwoog haar te trouwen. Hij had overigens elders nòg een huwelijksaanzoek lopen, bij de dochter van zijn zus: Elisabeth van Saksen Weimar Eisenach, die er achteraf niet rouwig om was dat zij werd gepasseerd. Emma’s zuster Pauline zou bij het zien van de koning hebben uitgeroepen: “ik heb al een ander”. Helena, ook een zuster van Emma zou gezegd hebben: “Die vind ik te oud, daar heb ik geen zin “waarop Prinses Emma gezegd zou hebben: “Je kunt die arme man toch niet alleen naar huis laten gaan”. Koning Willem III vroeg om de hand van Emma bij de ouders, maar die zagen dat in eerste instantie niet zo zitten. Ze wilde zekerheid voor zijn dochter en de koning moest beloven dat hij de banden met Madame Leonora d’Ambre zou verbreken. Kort hierop reisde de koning terug naar Nederland om het een en ander te regelen. 1 september 1878 reisde de koning naar Arolsen om de zilveren bruiloft van het vorstelijke paar bij te wonen. In werkelijkheid was dit slechts bijzaak, want op 29 september wordt de verloving officieel bekend gemaakt. Voordat ze naar Nederland verhuisde, kreeg Emma les in Nederlandse taal en geschiedenis, want ze wilde een Nederlandse worden en blijven. Dagelijks brengt Emma een paar uur door in een van de tijdelijk tot leslokaal ingerichte kamers van het slot. Zij is een ijverige leerling die goede vorderingen maakt. Emma krijgt ook een spoedopleiding hoe zij zich als vrouw van een koning behoort te gedragen.


 


De bruiloft is op dinsdag 7 januari 1879 in de zitkamer van prinses Emma op het slot in Arolsen wordt het burgerlijke huwelijk voltrokken en in de slotkapel het kerkelijke huwelijk. Het huwelijk wordt ingezegend door hofprediker ds. Scipio en die een preek houdt naar aanleiding van psalm 121 waarin sprake is van Gods leiding in een mensenleven. Aan het slot van zijn preek spreekt hij de wens uit dat Emma, nu Koningin van Nederland, aan de zijde van haar man ten zegen zal zijn van het Nederlandse volk en dat zij spoedig zal kunnen zeggen dat het volk van haar man ook haar volk is.


Gezegd mag worden dat Willem III bij Emma, zijn tweede echtgenote rust vond. Het huwelijk zorgde voor een ommekeer in het leven van de koning; hun liefde bleek hem inwendig grote rust te geven. Officieel werd geconstateerd dat er minder botsingen waren tussen het staatshoofd en zijn ministers. Willem III kreeg zelfs een bijnaam: "De goede". Dat was zeker ook de verdienste van zijn jonge vrouw, die de vorst verplichtte tot een huiselijker leven. Zij schonk haar gemaal op 31 augustus 1880 een dochter, Wilhelmina. Het Koninklijke gezin was veel op het Loo, maar in de winterperiode waren zij op paleis Noordeinde.


Als Wilhelmina op 12 oktober wordt gedoopt in de Willemskerk te Den Haag is de vader van Emma ook hierbij aanwezig, evenals de 83-jarige prins Frederik, broer van Koning Willem II.


 


Koningin Emma probeerde zelfs nog dat haar man alsnog toestemming gaf voor een huwelijk van kroonprins Willem met Matti, Gravin van Limburg-Stirum; wat echter haar ook niet lukte. Kroonprins Willem stierf in 1879, waar door Alexander, de andere zoon kroonprins werd. Dat Emma dit nog heeft geprobeerd, hoorde hij pas vlak voor zijn eigen dood in 1884. Prinses Wilhelmina werd hierdoor kroonprinses. Maar er wordt al wel geregeld dat in geval van vroegtijdig overlijden van de Koning, voordat de kroonprinses 18 jaar is, Emma zal optreden als regentes.


 


Koningin moeder Emma met haar kleindochter Juliana geboren 30 april 1909 overleden 20 maart 2004. Precies 60 jaar na het overlijden van Koningin moeder Emma zelf 


Met de gezondheid van de koning is het kwakkelen en het wordt de koningin wel duidelijk dat ze haar beste jaren met de Koning wel heeft gehad. Na 1885 reist zij met hem veel naar Duitse kuuroorden, totdat ook dat teveel voor hem wordt. De band met Wilhelmina is dan ook heel hecht geworden en zij wordt door haar ouders, maar zeker door haar vader goed verwend. Koning Willem III sterft op paleis Het Loo op 23 november 1890 en hij wordt opgevolgd door zijn dochter Wilhelmina met Emma als regentes. Ze leerde haar vooral ook bescheidenheid. Het elfjarige koninginnetje werd eens door duizenden mensen toegejuicht. Ze vroeg aan haar moeder: "Zijn al die mensen nu van mij?" Haar moeder antwoordde: "Nee, jij bent van al die mensen." In 1898, toen Wilhelmina 18 jaar was, werd zij ingehuldigd en ging zelf regeren. Koningin-moeder Emma verhuisde naar paleis Lange Voorhout, terwijl haar dochter bleef wonen op paleis Noordeinde. Paleis Soestdijk werd haar zomerresidentie.


 


Emma kreeg als afscheidsgeschenk 300.000 van het Nederlandse volk. Zij gaf als tegengeschenk haar eigen buitengoed bij Renkum weg ten behoeve van t.b.c.lijders. Het geldbedrag besteedde ze aan de inrichting van het sanatorium. De al sinds vele jaren gehouden Emmabloem-collecte herinnert hier nog aan.


 


Koningin-moeder Emma werd verkouden en die ging over in een longontsteking en uiteindelijk komt zij te overlijden op 22 maart 1934 op paleis Lange Voorhout. Vele jaren lang had deze vrouw zich geliefd gemaakt bij het Nederlandse volk door haar inzet voor bevolkingsgroepen die in minder gelukkige omstandigheden verkeerden. Frederik Adolf, vorst van Waldeck Pyrmont en broer van Koningin Emma komt na haar overlijden naar Nederland en wordt op het staatsspoor van Den Haag ontvangen door prinses Juliana. Hij logeert op Noordeinde, tot na de begrafenis. Op 27 maart wordt zij bijgezet in de Nieuwe Kerk te Delft. Ook de zoon van de vorst, prins Jozias (1896-1967) komt naar de begrafenis van zijn tante.


Dit was het laatste deel van dit thema.

vrijdag 29 februari 2008

Sophie van Württemberg

Deel 5 thema: 'De vrouwelijke echtgenotes van de Oranjes'


Sophie Frederika Mathilde, Prinses van Wurtemberg *17-06-1818 + 03-06-1877, dochter van Koning Willem I van Wurtemberg en Grootvorstin Catharina Paulowna van Rusland (Sophie en Willem waren neef en nicht, Catharina was een zuster van Anna Paulowna die getrouwd was met de vader van Koning Willem III).


08-06-1808 trouwde hij voor de 1e maal met Caroline Charlotte, prinses van Beieren, van wie hij zich in 1814 liet scheiden. Voor de 2e maal trouwde hij op 24-01-1816 met Chatarina Paulowna (1788-1819) van wie hij 2 dochters kreeg nl. Marie en Sophie. Voor de 3e maal huwde hij in 1820 met zijn nicht Pauline van Wurtemberg (1799-1873)


Sophie’s zuster was Marie * 30-10-1816 + 04-01-1887 x 19-031840 Alfred, Prins van Neipperg * 26-01-1807 + 16-11-1865


Sophie had 2 halfzusters en 1 halfbroer (3e huwelijk van haar vader): Chatarina (1821-1890) getrouwd met Hertog Friedrich van Wurtemberg (1808-1870) Charles (1823-1891) getrouwd met Olga, Grootvorstin van Rusland (1825-1892) Auguste (1826-1898) getrouwd met Herman, Prins van Saksen Weimar (1825-1901) Kort na haar geboorte overleed Sophie’s moeder. Haar tante Catharina, die gehuwd is met Jerome Bonaparte probeert die moederrol zo goed en zo kwaad als dat gaat over te nemen. Ook haar vader de koning bemoeide zich zo veel hij kon met zijn dochter. Hij hielp mee aan de opvoeding van zijn begaafde dochter door haar voor intellectuele zaken te interesseren en hij betrok haar in zijn staatszaken. Door de intense omgang met het gezin van haar tante, vatte Sophie geleidelijk aan een grote liefde op voor de Franse cultuur. Ze kon het goed vinden met haar neef en nicht, de kinderen van haar tante Catharina. In de Lente van 1837 beëindigde prins Willem zijn studie en vertrok naar Stuttgart om zijn oom, de Koning van Wurtemberg en zijn 2 dochters te bezoeken. Hij werd verliefd op de jongste dochter prinses Sophie, maar Sophie, zeer ontwikkeld, belezen, kunstzinnig, door en door verwend moest Willem helemaal niet. Willem vertrok terug naar Nederland, maar in het voorjaar van 1839 vertrok hij weer naar Stuttgart en vroeg om haar hand bij haar vader, die zonder te overleggen met Sophie, het aanzoek aannam. Sophie maakte een enorme scène, want ze wilde liever met de hertog van Brunswijk trouwen, maar haar vader zette door en uiteindelijk om haar vader een plezier te doen, stemde ze toe in een huwelijk met Prins Willem. In intellectueel opzicht was Sophie veruit de meerdere van haar echtgenoot die bovendien buitenechtelijke relaties aanknoopte.


Op 18 juni 1839 trouwde zij in het Koninklijk slot van Stuttgart.


Het paar gaat wonen op Paleis Noordeinde Prins Willem en Prinses Sophie kregen 3 kinderen


: 1) Willem * 04-09-1840 + 11-06-1879


2) Maurits *15-09-1843 +03-06-1850


3) Alexander *24-08-1851 +21-06-1884


12 mei 1849 wordt Willem III ingehuldigd als Koning Willem III


 


Als op 3 juni 1850 de kleine Maurits op 6 jarige leeftijd komt te overlijden en nadat het ergste verdriet was geluwd, zag het er naar uit dat de beide ouders nader tot elkaar kwamen, dat resulteerde in 1851 met de geboorte van hun derde zoon Alexander. Vervolgens laaide de strijd heviger op dan ooit tevoren en zij liet blijken dat ze hem haar mindere vond, zichzelf ook meer geschikt als regentes en het huwelijk was dan ook echt geen succes meer. Sophie probeerde daarom van haar man te scheiden. Met een beroep op het landsbelang werd dit geweigerd. Vanaf 1855 leefde het paar feitelijk gescheiden van tafel en bed. Koningin Sophie verhuisde naar Paleis Huis Ten Bosch, terwijl de koning op paleis Noordeinde verbleef en zomers op paleis Het Loo te Apeldoorn. Alleen bij officiële gelegenheden vertoonden zij zich nog in het openbaar.


 


Koningin Sophie probeert op een andere manier inhoud aan haar leven te geven. Eerst bemoeit ze zich intensief met de opvoeding van haar kinderen en komt daarmee nog al eens in conflict met haar man. Vooral de wat zwak begaafde Alexander heeft haar speciale aandacht. Verder wijdt Sophie zich aan liefdadigheid, vooral aan de volksgezondheid. Ze begint een intensieve briefwisseling met vrienden en kennissen in het buitenland en maakt langere reizen naar haar vader in Stuttgart, waar ze ook veel mensen ontmoet. Ze is zeer goed belezen en charmant en maakt daardoor gemakkelijk contacten met geleerden, staatslieden en anderen. Zelfs bemoeit ze zich via haar brieven met de Europese politiek en vooral met de situatie in Frankrijk. In het laatste deel van haar leven lijdt Sophie aan verschillende kwalen, waaraan ze uiteindelijk ook bezwijkt. Sophie sterft op Huis ten Bosch op 3 juni 1877 op 58-jarige leeftijd. Conform haar wens werd zij niet gebalsemd (als een van de weinige Oranjes) en in haar trouwjurk gehuld, omdat volgens eigen zeggen haar leven al geëindigd was op haar trouwdag. (Haar man zal daarna hertrouwen met de latere Koningin-regentes Emma. Wordt behandeld in een volgend deel) Haar zoons Willem en Alexander waren kapot van verdriet. Zoon Alexander is overmand van verdriet over dit verlies: "Mijn leven is geknakt, mijn geluk, de dagelijkse omgang, de gesprekken met mijn innig geliefde en zoo diep betreurde moeder, is verwoest".


Alexander wijkt niet meer van haar baar, tot op de dag van bijzetting in het familiegraf. De begrafenis in de Nieuwe Kerk en haar bijzetting in de Koninklijke Grafkelder te Delft vindt plaats op 20 juni 1877. Als de kist op het punt staat om in de grafkelder te zakken, dringt Alexander zich naar voren en stort zich hevig snikkend op haar kist die hij met kussen bedekt. Zijn broer moet hem met zachte dwang verwijderen zodat de plechtigheid voort kan gaan. Iedereen, aanwezig in de kerk, is zeer geroerd door het gebeuren, zelfs de koning heeft de tranen in zijn ogen staan. Daags na de bijzetting gaat Alexander met zijn broer weer terug naar de grafkelder voor een langdurig verblijf. De daarop volgende dag vertrekt Willem weer naar Parijs en Alexander voelt de eenzaamheid nu nog zwaarder. Er is niemand waar hij met zijn verdriet naar toe kan. Hij zondert zich af in zijn woning aan de Kneuterdijk en leeft als een kluizenaar.


 


Deel5p6 

vrijdag 22 februari 2008

Koningin Anna Paulowna en Henriette d’Oultremont

Deel 4 thema : 'De vrouwelijke echtgenotes van de Oranjes'


Portrait_of_Queen_Paulowna Anna Paulowna, Grootvorstin van Rusland *18-01-1795 + 01-03-1865, dochter van Tsaar Paul I van Rusland ( 01-10-1754 + 23-03-1801) en Sophia van Württemberg ( 25-10-1759 + 05-11-1828, die als naam Maria Fjodorovna ontving.


Nadat zijn eerste vrouw stierf in het kraambed op 26 april 1776, arrangeerde zijn moeder een nieuw huwelijk op7 oktober 1776, met de beeldschone Sophia van Württemberg.


In 1783 gaf de keizerin hem een nieuw landgoed in Gatsjina, waar Paul een korps soldaten mocht handhaven, die soldaten werden op Pruisisch model getraind. Na de dood van zijn moeder Keizerin Catharina de Grote in 1796 werd de tweeënveertigjarige Paul I tsaar van Rusland en verhuist hij met zijn gezin naar Sint Petersburg.


Tsaar Paul I en Tsarin Maria Fjodorovna kregen 10 kinderen waaronder Anna Paulowna de latere Koningin der Nederlanden:


Alexander (28-12-1777-01-12-1825), hij volgde zijn vader op als tsaar van Rusland, trouwde met Louise van Baden


Constantijn (27-04-1779-27-06-1839), grootvorst van Rusland, hij deed in 1822 afstand van zijn rechten op de troon.


Alexandra (09-08-1783-16-03-1801), getrouwd met Jozef van Habsburg Lotharingen, een zoon van Keizer Leopold II.


Helena (13-12-1784-24-09-1803), getrouwd met Frederik Lodewijk van Mecklenburg-Schwerin


Maria (04-02-1787-23-06-1859) - getrouwd met Karel Frederik, groothertog van Saksen-Weimar Eisenach


Catharina (10-05-1788-09-01-1819), trouwde eerst met George van en later trouwde ze met Willem I, koning van Württemberg (ouders van Sophie, de vrouw van Koning Willem III)


Olga (11-07-1792-15-01-1795)


Anna (18-01-1795 - 01-03-1865), getrouwd met Willem II, koning der Nederlanden


Nicolaas (06-07-1796-02-03-1855), volgde zijn oudere broer, Alexander, op als tsaar van Rusland, getrouwd met Charlotte van Pruisen


Michael (28-01-1798-09-09-1849), grootvorst van Rusland, trouwde met Charlotte van Württemberg


Op 21 februari 1816 trouwen Anna Paulowna en Willem, Prins van Oranje Nassau. Het huwelijk vond in alle luister plaats in Sint Petersburg, en Anna nam een rijke bruidsschat mee naar de Lage Landen. Aanvankelijk was zij wel gelukkig aan het kroonprinselijk hof te Brussel. Later moest zij permanent verhuizen naar de noordelijke Nederlanden en moest zij erg wennen aan het provinciaalse Den Haag. Als koningin der Nederlanden bleef zij hechten aan de etiquette van het vormelijke Russische hof.


De inhuldiging van Willem vond plaats op 28 november 1840 te Amsterdam in de Nieuwe Kerk. Hij volgde hiermee zijn vader op die afstand deed van de troon.


Inhuldiging%20van%20Koning%20Willem%20II%20in%20de%20Nieuwe%20Kerk 
Willem en Anna Paulowna krijgen 5 kinderen:


Koning Willem III ( 17-02-1817-23-11-1890) getrouwd met Sophie van Württemberg


Prins Alexander (02-08-1818-20-02-1848)


Prins Hendrik de Zeevaarder (13-06-1820-13-01-1879) getrouwd met Amalia van Saksen-Weimar-Eisenach en met Marie van Pruisen Prins Ernst Casimir (21-05-1822-22-10-1822)


Prinses Sophie (08-04-1824-23-03-1897) getrouwd met Karl Alexander van Saksen-Weimar- Eisenach


Na de dood van haar echtgenoot op 17 maart 1849 werd zij erg eenzaam, ook al door de uiterst slechte relatie met haar schoondochter Sophie. Anna was zeer tegen het huwelijk tussen haar zoon en haar nichtje, omdat ze het beschouwde als inteelt. Ze was vreemd genoeg juist een voorstander van het huwelijk van haar dochter Sophie die eveneens met een neef trouwde. Waarschijnlijk was zij tegen het eerst genoemde huwelijk omdat het nooit geboterd heeft tussen Anna en haar zuster Catharina (de moeder van Sophie) en was zij voor het tweede genoemde huwelijk omdat zij het uitstekend kon vinden met haar andere zus.


Na de dood van haar echtgenoot kwam Anna Paulowna in financiële problemen. Het echtpaar Willem II en Anna Paulowna hadden reeds jaren te veel geld uitgegeven. Anna Paulowna wist haar broer, tsaar Nicolaas I, zover te krijgen dat hij een groot aantal schilderijen uit het familiebezit van Oranje-Nassau aankocht. Dit is één van de oorzaken geweest waarom er op dit moment in de Hermitage te Sint-Petersburg een grote collectie Hollandse meesters hangt, waaronder een aantal Rembrandts. ==================================================================


 
Henriette-3 Henriette Adriana Ludovica Flora gravin d'Oultremont de Wégimont
* Maastricht 28-02-1797 + kasteel Laurensberg bij Aken 26-10-1864 is een dochter van Rijksgraaf Ferdinand d’Oultremont en Johanna Susanna Hartsinck. Uit het huwelijk van haar ouders werden nog 2 zonen en 2 dochters geboren namelijk graaf Charles (18-07-1789 - 11-03-1852) getrouwd met Josephine van der Noot de Duras, Gravin Pauline (1793 - 22-03-1852), gravin Charlotte (1795 – 06-07-1874), Henriette (1797-1864) en Graaf Ferdinand ( 27-02-1797 – 11-04-1868) getrouwd met Isabelle Bonham. Gravin Henriette groeide op samen met haar broers en zuster in Maastricht.
Door de verdiensten van haar grootvader, die vice-admiraal was, kwamen zij en haar broers in aanmerking voor een hoffunctie, omdat koning Willem I ook mensen uit de zuidelijke Nederlanden aan het hof wilde aanstellen. Henriette werd in 1814 hofdame van koningin Wilhelmina ("Mimi" van Pruisen). Ze was vrolijk van aard en viel daarom van het begin af in de smaak van het vorstenpaar.


Koningin Wilhelmina overleed in oktober 1837. Willem I vereenzaamde en deed Henriette in 1839 een huwelijksaanzoek. Er ontstond een grote rel in het land. Predikanten kwamen in opstand, er verschenen beledigende artikelen in de kranten. Het voorgenomen huwelijk veroorzaakte vooral veel opschudding, omdat de wortels van de familie van Henriëtte deels in het net afgescheiden België lagen en omdat zij katholiek was. Spottend werd Henriëtte in Nederland Jetje Dondermond genoemd. Zelfs de kroonprins wilde trachten het voorgenomen huwelijk te torpederen. Maar Willem I wilde Henriette niet laten zitten en deed ten slotte afstand van de regering.


Na zijn troonsafstand op 7 oktober 1840 op paleis Het Loo te Apeldoorn bleek echter dat hij zijn huwelijksplannen wilde doorzetten. Na dispensatie door Rome werd het huwelijk 17 februari 1841 te Berlijn ten huize van prinses Marianne gesloten, achtereenvolgens voor een Waalse predikant en een Rooms-Katholiek priester. Ondanks het aanvankelijk verzet van de Nederlandse regering, werd het huwelijk op 2 oktober 1841 ingeschreven bij de Burgerlijke Stand in Den Haag. Als graaf en gravin van Nassau woonde het paar tot de dood van de koning in 1843 in het paleis Unter den Linden in Berlijn.


Vooral door haar toewijding aan de koning in diens herhaalde ziekten won Henriëtte d'Oultremont ook de blijvende achting van koning Willem II en prins Frederik. Als weduwe betrok Henriëtte d'Oultremont het kasteel Rahe te Laurensberg bij Aken. Hier woonde Henriëtte d'Oultremont tot haar dood op 26-10-1864. In tegenstelling tot haar man, de ex-koning, werd Henriëtte niet begraven in de koninklijke grafkelder te Delft, maar in haar familiegraf te Wegimont.

zondag 10 februari 2008

Anna van Hannover,en de 2 Wilhelmina’s van Pruisen

Deel 3 thema: 'De vrouwelijke echtgenotes van de Oranjes'


Anna van Hannover * 02-11-1709 +12-01-1759, dochter van Koning George II van Engeland (1683-1760) en Caroline, Prinses van Brandenburg-Ansbach (1683-1737)


Anna had 3 broers en 5 zussen te weten:
1) Frederik, Prins van Wales, Prins van Hannover, 20-01-1707-20-03-1751) In 1736 huwt hij Prinses Augusta van Saksen-Gotha en zij zijn de ouders van Koning George III
2) Anna (1709-1759), gehuwd met prins Willem IV van Oranje Nassau (1711-1751), de grootvader van de eerste Nederlandse koning Willem I
3) Amelia (10-06-1711-31-10-1786)
4) Carolina (10-06-1713-28-12-1759)
5) George (03-11-1717-06-02-1718)
6) Willem, hertog van Cumberland (15-04-1721-31-10-1765)
7) Maria (05-03-1723-14-01-1772), gehuwd met landgraaf Frederik II van Hessen Kassel (14-08-1720-31-10-1785)
8) Louisa (27-12-1724-08-04-1751), gehuwd met koning Frederik V van Denemarken (21-03-1723-14-01-1766).


Op 25 maart 1734 trouwen prins Willem IV en Anna van Hannover in Londen. Hoewel ze elkaar in hun prille jeugd wel eens hadden ontmoet konden ze zich daarvan, toen hun huwelijk door hun wederzijdse ouders werd geregeld, niets herinneren. Het geluk was mét hen en ze vonden elkaar aardig. Echter de Staten van Holland, die tegen het stadhouderschap en tegen dit Engelse huwelijk was, verboden het jonge paar op hun weg naar Friesland langs de grote steden te reizen. Ze mochten zelfs niet in hun eigen Haagse paleis overnachten. Ze overwonnen samen alles en het werd een gelukkig huwelijk dat werd gezegend met 4 kinderen waarvan er twee dood zijn geboren en dochter Carolina(1743-1787), getrouwd met Karel Christiaan van Nassau Weilburg en zoon Willem Batavus (1738-1806), de latere stadhouder Willem V.


Willem IV was de eerste erfstadhouder en Graaf van Nassau in de Republiek. Hij was deftig, vredelievend en minzaam in zijn optreden, maar had een zwakke gezondheid en een vergroeiing aan zijn rug. De val van een paard in 1717 deed voor zijn leven vrezen. Hij stierf op 22 oktober 1751 op paleis Huis ten Bosch te Den Haag.


Bij de dood van Willem IV in 1751 was Willem Batavus nog te jong, zodat Anna regentes werd onder de titel gouvernante. Anna gaf haar kinderen een muzikale opvoeding en liet ze inenten tegen de pokken, destijds een nieuwigheid. Anna van Hannover stierf in Den Haag op12 januari 1759. Op haar sterfbed bond ze haar kinderen Caroline en Willem op het hart, de hertog van Brunswijk, aan wie zij het voogdijschap had opgedragen, als een vader te beschouwen. De hertog van Brunswijk nam de opvoeding op zich tot de meerderjarigheid van stadhouder Willem V in 1766.


Frederica Sophia Wilhelmina, Prinses van Pruisen * 07-08-1751 +09-06-1820, dochter van August-Wilhelm, Prins van Pruisen (1722-1758) en Louise Amalia, Prinses van Brunswijk-Wolfenbuttel (1722-1780) Zij trouwen te Berlijn op 06-01-1742. Toen ze vier jaar oud was, werd ze opgenomen in de Koninklijke hofhouding in Potsdam, waar ze voornamelijk door gouvernantes werd opgevoed. Na de dood van haar vader in 1758 kwam ze onder toezicht van oom Koning Frederik de Grote (1712-1786)


Haar ouders kregen 4 kinderen te weten:
1) Frederik Willem II (25-09-1744-16-11-1797), koning van Pruisen, gehuwd met Elisabeth van Brunswijk-Wolfenbuttel (1746-1840) en later met Frederika van Hessen Darmstadt(1751-1805) 2) Frederik Hendrik Karel (30-12-1747-09-06-1767)
3) Frederica Sophia Wilhelmina (1751-1820), getrouwd met stadhouder Willem V van Oranje Nassau (1748-1806)
4) George Karel Emil (30-10-1758-15-02-1759)


Op 4 oktober 1767 trouwde Wilhelmina in het Koninklijke slot te Berlijn met erfstadhouder Willem V (08-03-1748 – 09-04-1806) en hoewel van verschillende kanten er werd aangedrongen op een Engelse bruid voor de stadhouder, koos hij toch voor de Duitse Wilhelmina.


Stadhouder Willem V en Wilhelmina hadden een gelukkig huwelijk en kregen 5 kinderen:
1) Naamloze zoon *23-03-1769 +24-03-1769
2) Frederica Louise Wilhelmina (Loulou)*28-11-1770 +15-10-1819, getrouwd met Hertog Karel van Brunswijk Wolfenbuttel
3) Naamloze zoon * en + 06-08-1771
4) Willem *24-08-1772 +12-12-1843, Koning der Nederlanden
5) Willem George Frederik *15-02-1774 +06-01-1799


Wilhelmina besteedde veel aandacht aan de opvoeding en ontwikkeling van haar kinderen. De opkomst van de patriotten en hun verlangen naar democratische hervormingen betekende een bedreiging voor de positie van de stadhouder. Willem was niet erg daadkrachtig en stond onder invloed van zijn voogd, hertog Lodewijk Ernst van Brunswijk-Wolfenbüttel (1718-1788). Nadat deze in 1784 de Nederlanden had moeten verlaten, trad Wilhelmina steeds meer op de voorgrond bij belangrijke politieke aangelegenheden. Door de samenwerking tussen burgers en regenten in vooral Holland, Utrecht en Overijssel, werden geleidelijk de stadhouder bijzondere rechten afgenomen. Toen Willem V in 1785 het commando over het Haagse garnizoen ontnomen werd, was de maat vol voor de stadhouderlijke familie. Willem en Wilhelmina verlieten Den Haag. Na een rondreis van een jaar door de andere gewesten om hun populariteit te vergroten, vestigden ze zich in 1786 op het Valkhof in Nijmegen.


In mei 1787 werd in het Valkhof besloten tot het herstel van de stadhouderlijke macht door een breed gesteunde volksbeweging op gang te brengen, te beginnen in Den Haag. In overleg met Laurens Pieter van de Spiegel, de raadspensionaris van Zeeland, en andere prominente orangisten, besloot Wilhelmina om naar Den Haag af te reizen om op die manier de opstand uit te lokken. Het plan mislukte toen Wilhelmina op 28 juni 1787 door een patriottistisch vrijkorps bij Goejanverwellesluis werd aangehouden. Wilhelmina riep de hulp in van haar broer Frederik Willem II (1744-1797), die in 1786 Frederik de Grote was opgevolgd. Deze gaf de gevraagde steun. Na de Pruisische interventie van september 1787 werd het stadhouderschap hersteld. Na de Franse inval in 1795 kwam een eind aan het stadhouderschap. Het prinselijke gezin vluchtte naar Engeland. De zoons, Willem en Frederik, vochten respectievelijk in het Pruisische en Oostenrijkse leger; Frederik overleed in 1799 aan de gevolgen van een ziekte. In 1801 verliet Willem V Engeland en vestigde hij zich in Nassau. In 1802 vertrok ook Wilhelmina naar Duitsland. Op 9 april 1806 overleed Willem V in Brunswijk, en enkele maanden later overleed ook Karel Georg August van Brunswijk-Lüneberg, de echtgenoot van hun dochter Louise. Wilhelmina en Louise bleven bij elkaar wonen. Doordat de Fransen dichterbij kwamen, moesten ze Brunswijk verlaten. Omdat het stadhouderlijke gezin veel bezittingen in de Nederlanden had moeten achterlaten, leefde Wilhelmina van de steun van haar familie. In 1807 vestigde ze zich met Louise in Berlijn, bij het gezin van Willem. Later kreeg ze van haar broer het landgoed Schönhausen in bruikleen, daar gingen zij in 1810 wonen. Op 2 december 1813 werd haar zoon Willem Frederik als soeverein vorst ingehuldigd. Na een ballingschap van 19 jaar reed Wilhelmina op 10 januari 1814 Den Haag weer binnen. Op 9 juni 1820 overleed zij op Het Loo, enkele maanden na het overlijden van Louise. In 1822 werd haar lichaam vanuit Apeldoorn overgebracht naar de Koninklijke Grafkelder in Delft.


Frederica Louisa Wilhelmina, Prinses van Pruisen *18-11-1774 + 12-10-1837, dochter van Koning Frederik Willem II van Pruisen(1744-1797) en zijn 2e vrouw Frederica Louise van Hessen Darmstadt (1751-1805) Koning Frederik trouwde voor de 1e maal met Elisabeth van Brunswijk, van wie hij een dochter heeft. Uit het 2e huwelijk zijn 7 kinderen voortgekomen. Uit zijn 3e huwelijk met Julie von Vosch is een zoon uit voort gekomen en zijn 4e huwelijk met Sophie Dornhoff bleef kinderloos.


Fredrik Willem II van Pruisen en zijn 2e vrouw kregen dus 8 kinderen te weten:
1) Frederik Willem III (03-08-1770-07-05-1840), gehuwd Louise van Mecklenburg-Strelitz (1776-1810)
2) Friederike (31-08-1772 – 14-06-1773)
3) Frederik Lodewijk Karel (05-11-1773-28-12-1797), getrouwd met Frederika van Mecklenburg-Strelitz (1778-1841)
4) Lodewijk Willem II van Hessen Willem van Pruisen
5) Frederica Louise Wilhelmina (1774-1837), getrouwd met koning Willem I der Nederlanden (1772-1843)
6) Augusta (01-05-1780-19-12-1841), getrouwd met keurvorst Willem II van Hessen Kassel (1777-1847)
7) Frederik Hendrik Karel (30-12-1781-12-07-1846)
8) Frederik Willem Karel (03-07-1783-28-09-1851), getrouwd met Maria Anne van Hessen Homburg (1785-1846)



Prinses Wilhelmina trouwde op 1 oktober 1791 met haar volle neef Willem Frederik van Oranje Nassau en kregen 4 kinderen te weten:
1) Willem II (06-12-1792-17-03-1849), volgde zijn vader op als koning der Nederlanden, getrouwd met Anna Paulowna van Rusland
2) Frederik (28-02-1797-08-09-1881), getrouwd met Louise, Prinses van Pruisen
3) Pauline (01-03-1800 -22-12-1806)
4) Marianne (09-05-1810 – 29-05-1883), getrouwd met Albert, Prins van Pruisen Als je het leven van deze prinses nog eens wilt nalezen (ga dan naar het thema van de bastaardkinderen KLIK HIER)


Met heel de stadhouderlijke familie week prinses Wilhelmina in januari 1795 naar Engeland uit. Haar man leidde van 1795 tot 1813 een leven van reizen en trekken, terwijl zij aanvankelijk in Engeland en later zo goed als doorlopend bij haar familie in Berlijn vertoefde. Daarvandaan keerde zij op 8 januari 1814 in Den Haag terug. Wilhelmina was muzikaal en tekende en schilderde niet onverdienstelijk; zij was uiterst bescheiden en sober en meed zoveel mogelijk de openbaarheid.


Koningwillemi Op 30 november 1813 zette Willem na achttien jaar weer voet op Nederlandse bodem. In Londen was hij per brief uitgenodigd als "Soeverein vorst" de regering op zich te nemen. Willem aanvaardde hun uitnodiging en een Engels fregat bracht hem naar de kust van Scheveningen. Op 16 maart 1815 nam Soeverein Vorst Willem I zelf de titel Koning der Nederlanden aan. Hij werd ook Hertog van Limburg en Groothertog van Luxemburg. Een nieuwe grondwet werd opgesteld. Het Zuiden werd verplicht samen te gaan met het Noorden. Zo ontstond een Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.


Koningin Wilhelmina overleed op 9 juni 1820 op paleis Het Loo te Apeldoorn, waar zij ook werd begraven. Twee jaar later is zij in de nieuwe kelder van de grafkelders van de Oranjes in Delft bijgezet.


Zijn onderdanen dringen echter aan op een meer liberale grondwet. Teleurgesteld doet Koning Willem I op 7 oktober 1840 afstand van de troon ten gunste van zijn zoon Willem II. Onder diens bewind wordt de zo gewenste herziening van de Grondwet een feit. Na zijn aftreden, vestigt hij zich in Berlijn waar hij trouwt met de Zuid-Nederlandse katholieke gravin Henriette d'Oultremont. (waarover later meer)


(Tekst: Anja van der Steen)

maandag 14 januari 2008

Gravin Amalia van Solms en de beide Mary Stuarts

Deel 2 thema: 'De vrouwelijke echtgenotes van de Oranjes'

AMALIA VAN SOLMS

Amalia, Gravin van Solms-Braunfels werd geboren in Braunfelds op 31-08-1602 en overleed in Den Haag op 08-09-1675. Ze was de vrouw van stadhouder Frederik Hendrik * Delft 29-01-1584 + Den Haag 14-03-1647. Zij zijn getrouwd te Den Haag 16-04-1625.



Amalia is een dochter van Johan Albrecht I, Graaf van Solms-Braunfelds en zijn eerste vrouw Agnes van Sayn-Wittgestein. Haar kindertijd bracht zij door op het slot Braunfelds aan de Lahn. (De Lahn is een 242 km lange rechterzijrivier van de Rijn in Duitsland)

Amalia heeft nog 3 zussen en 1 broer: Elisabeth (1593-1636) trouwt met Wolfgang Frederik, Prins van Salm-Dhaun Ursula (1594-1657) trouwt met Christoph zu Dohna Louise Christina (1606-1669) trouwt met Johan Wolfert van Brederode Johan Albrecht II (1599-1648) Hij is ongehuwd.

Amalia stamde uit een geslacht van oude maar verarmde adel. Ze werd opgevoed in Heidelberg aan het hof van de keurvorst van de Palts. Haar vader was er opperhofmeester, eerst van Frederik IV van de Palts en daarna van diens zoon Frederik V. Amalia had een zorgvolle jeugd achter zich. Opgegroeid in een gezin dat rijker was aan kinderen dan aan inkomsten, was het een verademing voor haar om hofdame te worden in het gevolg van de keurvorstin, de Engelse koningsdochter Elisabeth Stuart (1596-1662).

Hier leerde zij Frederik Hendrik kennen en zij trouwt met Frederik Hendrik op 16 april 1625 in de Haagse Kloosterkerk. Hoewel Frederik Hendrik bijna 20 jaar ouder was dan Amalia en ze uit pure berekening waren getrouwd, vond hij bij haar de liefde en de toewijding van een trouwe echtgenote. Ze hadden een harmonisch huwelijksleven. Met het aanbreken van hun bewind gloorde de dageraad van de Gouden Eeuw. De prins ontpopte zich tot een geniale militair, die als "Stedendwinger" gelauwerd werd. Daarbij was hij een grote staatsman, die met tact en tolerantie de binnenlandse godsdienstige conflicten oploste. De scherpzinnige Amalia van Solms vulde hem volmaakt aan: ze herschiep het sobere Oranjehof tot één van de meest luisterrijke hoven van Europa en vergrootte daarenboven door goed beheer het vermogen van het Oranjehuis. Ze verving haar echtgenoot wanneer hij op veldtocht was en schonk hem de begeerde zoon en opvolger. Amalia beleefde een ware triomf toen ze na veel onderhandelen erin slaagde haar enige zoon Willem uit te huwelijken aan een Engelse koningsdochter, de negenjarige Mary Stuart.

De Amalia van nu droeg tijdens de doop van zusje Alexia een jurk verwijzend naar Amalia van Solms.


Kinderen van Frederik Hendrik en Amalia van Solms: Willem II 1626-1650, Louise Henriette 1627-1667 getrouwd met Frederik Willem, Keurvorst van Brandenburg, Amalia 1628-1628, Elisabeth 1630-1630, Albertina Agnes 1634-1696 getrouwd met Willem Frederik van Nassau Dietz, Henriette 1637-1708 getrouwd met Johan George van Anhalt-Dessau, Hendrik 1639-1639 en Maria 1642-1688 getrouwd met Lodewijk, Graaf van Simmeren.


Amalia overlijdt te Den Haag en wordt begraven te Delft


MARY STUART I 



Mary Stuart I * St. James Palace, Londen 04-11-1631 + Londen 24-12-1660, oudste dochter van Koning Charles I * 19-11-1600 + 30-01-1649 en Henriette Maria, Prinses van Frankrijk *25-11-1609 +10-09-1669 Zij trouwen op 13 juni 1625. Koning Karel I gaf haar in 1642 de titel Princess Royal, waarmee de traditie werd gevestigd dat de oudste dochter van de Britse vorst deze titel zou dragen. De titel werd ingesteld op het initiatief van koningin Henrietta Maria, die de Franse etiquette wilde navolgen, waar de oudste dochter van de koning de titel Madame Royale droeg.

Zij kregen negen kinderen (vier zonen en vijf dochters):

Karel Jacobus Stuart, hertog van Cornwall (13-03-1629 – 13-03-1629)
Karel II, koning van Engeland, Schotland en Ierland (29-05-1630-06-02-1685)
Karel II en zijn vrouw Catharina van Braganza Maria Stuart, de latere echtgenote van Willem II, Prins van Oranje (04-11-1631- 24-12-1660)
Jacobus, als Jacobus II koning van Engeland en Ierland, als Jacobus VII koning van Schotland (14-10-1633-06-09-1701) zijn dochter Mary II huwt met Willem III van Oranje.
Elizabeth Stuart (29-12-1635-08-09-1650)
Anne Stuart (17-03-1637-05-11-1640)
Catharina Stuart (29-06-1639- 29-06-1639)
Hendrik, hertog van Gloucester (08-07-1640-13-09-1660)
Henriette Anne Stuart, door huwelijk hertogin van Orleans (16-06-1644-30-06-1670).

De wens van haar vader was om haar een zoon van Philips IV van Spanje te laten huwen, terwijl haar neef Karel van de Palts ook naar haar hand dong. Beide intenties mislukten en zij verloofde zich met Willem, de zoon en de erfgenaam van Frederik Hendrik, de Prins van Oranje-Nassau en stadhouder van de Verenigde Provincies, en van Amalia van Solms. Frederik Hendrik hoopte met een koninklijk huwelijk voor zijn zoon zijn eigen monarchistische aspiraties kracht bij te zetten; hij was ook een van de grootste geldschieters van Karel I tijdens de Engelse Burgeroorlog. Het huwelijk vond op 2 mei 1641 plaats in de Royal Chapel van het Palace of Whitehall in Londen, maar werd verscheidene jaren niet geconsumeerd vanwege de jonge leeftijd van de bruid. In 1642 maakte Maria echter de oversteek naar Holland met haar moeder en in 1644 begon ze haar rol in het openbare leven te spelen als schoondochter van de stadhouder.

In maart 1647 volgde haar echtgenoot Willem II zijn vader op als stadhouder. In november 1650 echter stierf Willem onverwacht aan de pokken, vlak na zijn poging om Amsterdam op zijn politieke tegenstanders te veroveren. Het enige kind van het paar, Willem (later Willem III van Oranje Nassau, de stadhouder-koning), werd een paar dagen later geboren. De Prinses van Oranje, nu weduwe, werd gedwongen om de voogdijschap over haar pasgeboren zoon te delen met zijn grootmoeder Amalia van Solms, en met Frederik Willem van Brandenburg. Zij was niet erg populair bij de Staatse regering vanwege de connecties met haar familie, de Stuarts. Van 1654 tot 1657 bracht de prinses het grootste deel van haar tijd door buiten Holland, meestal in Frankrijk. In 1657 werd zij regent namens haar zoon maar de financiële moeilijkheden waarin ze inmiddels verkeerde brachten haar ertoe om de hulp van Koning Lodewijk XIV van Frankrijk in te roepen; en deze reageerde door Oranje zelf in te nemen. Maria had geen groot politiek inzicht en liet zich, opgeslokt als ze werd door haar wufte levenswijze, makkelijk door anderen beïnvloeden. De restauratie van Karel II in Groot-Brittannië, verbeterde de positie van de "Dowager Princess" en haar zoon in Holland zeer. In september 1660 keerde zij naar Engeland terug. Zij stierf echter twee maanden later op 29-jarige leeftijd aan pokken in het Palace of Whitehall en werd begraven in Westminster Abbey. In haar testament had ze haar broer Karel II tot voogd over haar zoon Willem benoemd en de nieuwe koning van Engeland gebruikte dit onmiddellijk om zijn invloed in de Republiek te vergroten.

MARY STUART II


Mary Stuart II *Londen 30-04-1662 + Londen 28-12-1694, dochter van Jacobus II, Koning van Engeland * 14-10-1633 + 16-09-1701 en Anne Hyde * 22-03-1638 + 31-03-1671. zij zijn gehuwd in Breda op 24-11-1659. Zij is een nicht van de 1e Mary Stuart, zij is de dochter van Jaccobus II, die een broer is van Mary Stuart I. Haar vader trouwt voor de 2e keer in 1673 met Maria Beatrice d’Este (1658-1718)

Koning Jacobus II en zijn 1e vrouw Anne Hyde kregen 8 kinderen:

Karel (22-10-1660–05-05-1661, Hertog van Cambridge
Maria(30-04-1662-28-12-1695), koningin van Engeland en Schotland 1689-1694
Jacobus (12-07-1663-20-06-1667), Hertog van Cambridge
Anne (06-02-1665-01-08-1714), koningin van Engeland 1702-1714
Karel (04-07-1666–12-05-1667 Hertog van Kendal
Edgar (14-09-1667–08-06-1671), Hertog van Cambridge
Henriette (13-01-1669- 15-11-1669)
Catherina (09-02-1671- 05-12-1671)

Bij zijn tweede echtgenote Maria d’Este kreeg Koning Jacobus II 5 dochters allen jong overleden en 2 zonen, waarvan 1 jong is overleden en Jacobus Frans Edward * 10-06-1688 + 01-01-1766. Hij was troonpretendent van het Verenigd Koninkrijk. James trouwde met Maria Sobieska en zij kregen twee kinderen: Charles Edward Stuart en Henry Benedict Stuart.

Charles Edward Stuart, beter bekend als Bonnie Prince Charlie zou in de voetsporen van zijn vader treden als troonpretendent. Zijn bijnaam was The Young Pretender om hem te onderscheiden van zijn vader.

Op de leeftijd van vijftien jaar werd Maria de verloofde van de protestantse Stadhouder Willem, Prins van Oranje. Willem was de zoon van Maria’s tante, Maria de Princes Royal en van Prins Willem I van Oranje Nassau. Eerst wilde Karel II dat Maria zou trouwen met de Franse Dauphin Lodewijk, maar later, onder druk van het Parlement en het verdrag met het Katholieke Frankrijk, was een huwelijk met Frankrijk politiek niet langer favoriet, en ging Karel akkoord met het huwelijk. Onder druk gezet door het parlement, ging ook de Hertog van York overstag. Op die manier dacht James dat zijn populariteit onder de protestanten zou groeien. Maria en Willem trouwen in Londen op 4 november 1677, naar verluidt huilde Maria af en toe tijdens de ceremonie. Dit huwelijk bleef kinderloos.

woensdag 2 januari 2008

De vier vrouwen van Willem van Oranje

ANNA VAN BUREN


Willem van Oranje werd geboren op 24 april 1533 op Slot Dilleburg. Maar zijn huwelijk vond in 1551 plaats in de Sint Lambertuskerk in Buren waar hij het jawoord gaf aan Anna, Gravin van Buren en Egmond. 

Keizer Karel V en zijn zuster Landvoogdes Maria van Hongarije bemiddelen bij de onderhandelingen van het huwelijk van Prins Willem en Anna van Buren. Door het erfgoed dat Anna met het huwelijk meebrengt wordt de al schatrijke Prins Willem, door de erfenis van Prins Rene van Chalon van Oranje, een van de rijkste edele der Nederlanden. Anna erft van haar grootmoeder Maria Bouchet de heerlijkheden Beverweerd en dijk. De zoon van Prins Willem 'de Zwijger', Prins Maurits schenkt deze heerlijkheden later aan zijn bastaardzoons, hierdoor ontstaan de takken Nassau-Beverweerd en Nassau-Odijk. (zie hiervoor het thema Bastaardkinderen, KLIK HIER)

Het huwelijk tussen Willem van Oranje en Anna van Buren was erg gelukkig en Willem was dan ook kapot van verdriet toen zijn vrouw overleed. Ondanks dat hij zelf ziek was - hoge koorts - regelde hij Anna's begrafenis zelf. Haar laatste rustplaats werd de Grote of Onze Lieve Vrouwe Kerk te Breda. 

In de kerk is nog altijd een belangrijk monument te zien: de graftombe van de Graven van Buren. In de kelder rusten verder Frederik van Egmond- Buren, zijn zoon Floris, zijn kleinzoon Maximiliaan met zijn echtgenote Françoise de Lannoij, de ouders van Anna van Buren. Maria van Oranje- Nassau – dochter van Willem van Oranje en Anna van Buren – is hier als laatste bijgezet in 1616.

ANNA VAN SAKSEN


De tweede vrouw van Willem van Oranje was Prinses Anna van Saksen, geboren op 23 december 1544 te Dresden, de enige dochter van Keurvorst Maurits van Saksen en Prinses Agnes van Hessen (1527-1555) Agnes is de dochter van Landgraaf Philip I van Hessen.

Anna en Willem van Oranje trouwen in Leipzig op 24 augustus 1561. De huwelijkssluiting kreeg tegenwerkingen te verduren vanwege het verschil in geloofsovertuigingen tussen beide aanstaande echtelieden. Maar Willem van Oranje zette toch door omdat hij een goede partij in zijn rijke bruid zag en zo ook de steun van Saksen, Hessen en de Palts verwierf. Anna was de dochter van de keurvorst Maurits van Saksen en zij was streng Luthers opgevoed. Maar het huwelijk werd geen succes, ondanks de vijf kinderen die ze kregen:

Anna (31 oktober 1562, vrijwel direct daarna overleden)

Anna (5 november 1563 -13 juni 1588), trouwde met Willem Lodewijk van Nassau, haar neef.

Maurits (18 december 1565- 8 december 1566)

Maurits (de latere stadhouder (14 november 1567-23 april 1625)

Emilia (10 april 1569 -16 maart 1629), trouwde met Emanuel van Portugal (1568-1638)

Prinses Anna was wispelturig, kreeg geregeld woedeaanvallen en depressieve buien. Ze dronk vaak en gaf veel geld uit. Ook pleegde ze overspel met Jan Rubens de vader van de vermaarde schilder). Zij kreeg zelfs een kind van haar minnaar, Christina van Dietz. Hiervoor werd zij in 1569 gearresteerd. Twee jaar later werd het huwelijk ontbonden. Anna werd vervolgens krankzinnig verklaard. De resterende tijd van haar leven bracht ze door in een dichtgemetselde kamer in het paleis van de Saksische keurvorst in Dresden. Ze stierf daar aan uitputting. Ze ligt in Meiben begraven.

CHARLOTTE DE BOURBON


De derde vrouw van Willem van Oranje: Charlotte de Bourbon trouwde in 1575 met Willem van Oranje. Charlotte was een dochter van Louis III de Bourbon, hertog van Montpensier en Jacqueline de Longwy, Gravin van Bar-sur-Seine. In 1559 werd zij geïnstalleerd als abdis van Jouarre waar zij sinds haar vroegste jeugd verbleef onder bescherming van haar tante Louise. In 1572 vluchtte zij uit het klooster en ging over tot het Calvinisme onder bescherming van de calvinistische Frederik III van der Paltz. In de Sint Catharijne kerk in Brielle trouwen Charlotte en Willem van Oranje op 12 juli 1575. 

Het huwelijk van Willem van Oranje met Charlotte de Bourbon baarde in een aantal opzichten groot opzien. In de eerste plaats was Willem gescheiden van zijn vorige vrouw Anna van Saksen. Daarnaast was Charlotte een afvallige non. Dit derde huwelijk van Willem was geen huwelijk uit berekening, zoals gewoonlijk in die dagen, maar uit wederzijdse liefde.

Na de eerste mislukte aanslag op Willem op 18 maart 1582 verzorgde Charlotte haar man erg intensief. Zij raakte daardoor erg verzwakt. Ze overleed op 5 mei van datzelfde jaar aan een longontsteking. Charlotte de Bourbon is begraven in de Grote of Onze-Lieve-Vrouwe Kathedraal in Antwerpen, in een graf dat tegenwoordig niet terug te vinden is. 

Charlotte en Willem kregen zes dochters:

Louise Juliana (1576-1644) getrouwd met Frederik van der Palts

Elisabeth (1577-1642) gehuwd met Henri de La Tour, Hertog van Bouillon

Catharina Belgica (1578-1648) gehuwd met Filips Lodewijk II van Hanzau Munzenberg

Charlotte Flandrina (1579-1640) abdis van St. Croix

Charlotte Brabantina(1580-1631) getrouwd met Claude de La Tremoille

Emilia Antwerpiana (1582-1657) getrouwd met Frederik van Zweibrucken


LOUISE DE COLIGNY


Louise de Coligny, geboren in Chatillon op 23 september 1555 als dochter van Gaspard de Coligny en Charlotte de Laval

Op 26 mei 1572 was zij op 17-jarige leeftijd getrouwd met Charles de Teligny. Nadat zowel Charles als haar vader tijdens de Bartlomeüsnacht (24 augustus 1572) waren vermoord, vluchtte zij naar Zwitserland. De Bartlomeüsnacht (bloedbruiloft) was een massale moordpartij op de Franse protestanten, die plaatsvond in de nacht van 23 op 24 augustus 1572. In de loop van de daaropvolgende maanden verspreidde een golf van geweld zich over heel Frankrijk, waarbij uiteindelijk ongeveer 20.000 protestantse hugenoten de dood zouden vinden. Op 12 april 1583 trouwde zij met prins Willem I in Antwerpen. Dit was het enige jaar dat zij niet in rouwkleding was gekleed. Het huwelijk van Willem en Louise was politiek beladen, haar Franse afkomst maakte Louise niet erg populair in de Nederlanden. Hun zoon Frederik Hendrik werd geboren op 29 januari 1584, maar op 10 juli van dat zelfde jaar overleed Willem van Oranje als gevolg van de aanslag van Balthasar Gerards waardoor Louise voor de tweede maal weduwe was geworden.

Nadat Louise de Coligny in 1619 tevergeefs had getracht de executie van Johan van Oldenbarnevelt te voorkomen, vertrok ze naar Frankrijk, waar ze tot haar dood in 1620 verbleef bij de Franse Koningin-moeder Maria de Medici.